Rustig rondom zich kijkend maakte Blaec zijn weg naar het meer. Hij was nu al zolang op zoek naar zijn broer en zus dat hij bang was dat hij ze niet meer zou herkennen als hij ze zou vinden. Nog banger was hij dat hij ze nooit meer zou vinden. Eenmaal hij bij het meer stond dronk hij wat van het water. Toen hij genoeg had keek hij terug rond. Er waren hier redelijk wat andere dieren. Zo ook een wolf. Hij liep naar de wolf toe. ’Heb je onlangs een zwarte-grijze en een grijze wolf gezien?’ Vroeg hij aan de wolf.